Reisverslag 8 - Reisverslag uit Strömstad, Zweden van Piet Wal - WaarBenJij.nu Reisverslag 8 - Reisverslag uit Strömstad, Zweden van Piet Wal - WaarBenJij.nu

Reisverslag 8

Door: Henk

Blijf op de hoogte en volg Piet

19 Juli 2009 | Zweden, Strömstad

14 juli
Een paar kilometer na het verlaten van de camping viel ik met mijn neus in de Noorse boter. Ik reed een landschap in dat zo mooi en puur was, dat zelfs de talrijke foto,s die ik heb gemaakt maar een beperkt beeld geven van de pracht van dit landschap. Het is een groot beschermd gebied, te vergelijken met de wijze waarop het gebied De Hoge Veluwe wordt beheerd. Je volgt een pad, dat van 1845 tot 1940 werd gebruikt als “hoofdweg”. Als je na enige tijd echt in het gebied zit, waan je je in de pre historie en het zou je niet verbazen als er een dinosaurus opduikt.
Het lijkt net of je in een gigantische rotstuin rond fietst. Grote grijze bergen zonder begroeiing begrenzen in de verte het gebied. In het gebied zelf staan lagere bergen, die ook uitsluitend uit grijze rots bestaan. Op een aantal van hen staat een groot rotsblok, dat zo staat dat het net lijkt dat hij er zo kan afrollen om eindelijk z,n definitieve plaats in te nemen in het landschap. Tussen het gesteente is er een weelderige plantengroei met grote en kleine vennen.
Het pad waarop ik fiets vergde veel van mijn kracht. Regelmatig kwam ik hellingen tegen met een stijging- en daalpercentage van 23%. Dat betekent dat ik telkens mijn fiets zo,n helling op moest zeulen, door het losse grind en over grote keien heen en goed moest opletten dat ik niet weer terug gleed.
Ook het afdalen vergt de nodige fietstechniek en hang je constant achter je zadel om niet over de kop te gaan op zo,n helling. Voorzover ik deze tocht nog niet alle spieren had gebruikt, dan is dat nu in elk geval wel ingehaald. Na zo,n 3 uur had ik o.m. door het “zeulen “ nog maar 14 km afgelegd , maar het was meer dan de moeite waard en de wilde frambozen en aardbeien, die ik her en der tegen kwam, smaakten goed.
Na een kort stukje over een regionale weg, werd ik tot Egesund een merengebied ingestuurd. Dit gebied heeft maar een pad, dat sterk stijgt en daalt waardoor men van bovenaf heel mooie vergezichten heeft op een van de meren onder je. Langs het pad heeft men allerlei faciliteiten voor de bezoekers van het gebied geplaatst, zoals tafels en banken en fietsenrekken. Alleen de afvalemmers ontbreken, die staan uitsluitend (geheel leeg) bij de in-en uitgang. Vlak voor Egesund begin je af te dalen en verlaat je het gebied en word je via het centrum naar een vrij drukke verkeersweg langs de kust geleid.
Na een pitsstop bij een Shell station voor de koffie met iets erbij, ging het in de richting van Flekkefjord, zo,n 65 km verderop. Ik vond dit het mindere deel van de route van vandaag. Je fietst weliswaar door een heel mooie omgeving met af en toe een doorkijk op een glinsterende Noordzee, maar je moet je aandacht nu bij de weg houden. Bovendien is dit ook een weg met een groot aantal steile hellingen, waardoor je binnen korte tijd van 7m naar 210m gaat, weer afdaalt naar 100m en weer klimt etc.
Het is een gebied met veel bloeiende planten, getuige ook het grote aantal bijenkorven die je op regelmatige afstand langs de weg ziet staan.
Na een snelle afdaling kwam ik tegen drie uur in Hauge aan en trof daar Henk en Trijntje. We besloten om op de camping bij Hauge te gaan staan.
Deze camping ligt langs de Noordzee route. Het is een heel smal terrein tussen twee bergen, uitlopend op de Noordzee een echte windtunnel dus, want het is momenteel windkracht 6/7 uit zee. Het is de eerste keer in Noorwegen, dat ik stalen spijkers moet gebruiken om mijn tent, met mij erin, op z,n plaats te houden.
Ik heb mij vandaag precies 55 km verplaatst en heb nu op 3 km na deze trip 2000km gefietst.


Even een berichtje aan Aldert. Zoals je weet hebben we Bergen in dit geval rechts laten liggen om meerdere redenen. Een ervan was, dat zowel jij als ik in onze vaarperiode heel wat voetstappen en zo daar hebben achtergelaten. Ook daarom leek het me wijs, om de moeilijkheden niet op te zoeken.
Kom ik echter in Stavanger, gelet op het vaarschema van de Kon.Marine destijds ben jij daar ook geweest en wat blijkt, ze kenden je nog en kon ik meteen de openstaande rekening van een jouw bekende bar (plus rente) voor je voldoen. Zo ben ik nu eenmaal. Je hoeft je nu (nog) niet druk te maken over terugbetaling, dat komt in augustus wel!

15 juli
Kamperen in een smalle kloof waarvan een der einden wordt begrenst door de Noordzee, is bij een harde wind slecht voor je nachtrust. Het tentzeil heeft de hele nacht geklapperd en me van een goede nachtrust beroofd.
Met te weinig rust en nog pijnlijke benen van de inspanning van gisteren, zat ik om 07.00 uur al weer op de fiets, wetende dat het vandaag ook weer een behoorlijk zware dag zou worden.
De fjorden, die ik nu moest “ronden “, zijn smal en kronkelig. Zij lopen haast cayonachtig het land in en de weg ernaast volgt deze beweging. De weg is op sommige stukken zo steil, dat ik van de fiets moest en een stuk moest lopen. Het leuke is natuurlijk wel, dat je van het hoogste punt (275m) met een gangetje van 50/60km afdaalt, daarbij vrolijk zwaaiend naar degenen die met volgepakte fietsen proberen boven te komen en zich voor dezelfde problemen geplaatst zien als die jij even tevoren had. Overigens is de lol maar van korte duur want de volgende 200m omhoog kondigt zich al weer aan.
Ondanks het, naar mijn gevoeld, getob met het klimmen schoot ik toch wel redelijk snel op en reed tegen de middag Flekkefjord binnen. In deze plaats woonden vroeger veel Hollanders, die voor de VOC hout kochten en verscheepten om er in Holland schepen van te bouwen. De Noren hebben het nu nog steeds over de “Hollandse stad”.
Meteen bij binnenkomst in Flekkefjord zag ik een van de gevolgen van de recessie, 4 koopvaardij schepen van één maatschappij, naast elkaar afgemeerd in het fjord omdat er geen vracht meer is.
Op weg naar de “Hollandse stad”moest ik het Jossingfjord ronden. Grote borden met teksten in het Noors, Engels en Duits, alsmede foto,s en een gedenksteen bij het fjord, vertellen de geschiedenis van een Duits hulpschip met aanboord 260 gevangen genomen Britse zeelui. Het schip werd al dagenlang opgejaagd door de Britse marine en zocht zijn heil in Noorse (toen nog) neutrale wateren.
Omdat de Noorse regering hier niet tegen wilde optreden en zelfs ontkende dat er gevangen aanboord waren, werden de gevangen bevrijd door de bemanning van een Britse jager waarbij naast een aantal bemanningsleden ook een zevental Duitsers om het leven kwam. Blijkens de tekst vinden de Noren dat ze destijds (ze waren neutraal) goed hebben gehandeld.
Een beetje wrang vond ik het wel, toen ik achter de borden, met de tekstzijde naar het fjord gekeerd en welhaast onbereikbaar ,door de gladde rotsen, een verwaarloosde maquette zag met daarop de namen van de gesneuvelde bemanningsleden van de Britse jager.
Aan een zijde van dit fjord is een groot bedrijf gevestigd dat titanium produceert. Het hele complex heeft van bovenaf een dusdanig bouw dat het een heel aparte sfeer uitstraalt. Het zou zo een decor van een James Bond film kunnen zijn. Een groot grijs gebouw, tegen de rotsen aangebouwd en daarachter een gigantisch fabriekcomplex met allerlei donkere tunnels die in de omringende bergen verdwijnen. Dit bedrijf heeft in 1980 door een verkeerde lozing al het leven in het fjord vernietigd. Ook nu zie je heel duidelijk de effecten van dit bedrijf op het milieu in het fjord.
Maar het is niet allemaal kommer en kwel wat ik tegenkom, allereerst kwam ik een boommarter tegen, die vrolijk huppelend over de weg mij tegemoet kwam. Toen hij mij in de smiezen kreeg, was hij ook ineens verdwenen.
Later in de morgen kocht in wat chocola in een kleine winkel. De alleraardigste verkoopster vroeg of ik extra energie nodig had en welke kant ik uit fietste. Ze beurde me helemaal op door te zeggen, dat de weg naar het zuiden gemakkelijker was, dan naar het noorden. De rest van de dag hield ik dat in gedachte bij weer een berg. Ik vroeg me wel stiekem af, wat ze gezegd zou hebben als ik geantwoord had, dat ik naar het noorden ging.
Het laatste deel van de tocht was heel zwaar en had een hoog los grind en steenslag gehalte en af en toe een stukje hele drukke snelweg.
Na 66km kwam ik behoorlijk vermoeid aan op een kleine camping te Feda .
Het deed me goed, dat twee andere (veel jongere) fietsers ook hele stukken hadden moeten lopen op dit traject.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Zweden, Strömstad

Piet

Ik maak een fietstocht (pelgrimstocht) van Dodewaard naar Santiago de Compostela en verder naar Cabo Finisterre

Actief sinds 03 Maart 2008
Verslag gelezen: 171
Totaal aantal bezoekers 72677

Voorgaande reizen:

29 Augustus 2010 - 29 September 2010

Rondje Noordzee 2

19 Juni 2009 - 01 Augustus 2009

Rondje Noordzee

14 April 2008 - 01 Juni 2008

Mijn eerste reis

Landen bezocht: